Bij het selecteren van het programma van dit CD-koffertje werden uiteraard heel wat criteria gehanteerd.

Qua repertorium hebben we herhalingen willen vermijden (wat gezien de vele winnende vertolkingen van het vioolconcerto van Sibelius of het 1ste pianoconcerto van Tchaikovsky niet voor de hand lag). Werken die tijdens de selectierondes niet integraal werden vertolkt, hebben we evenmin willen weerhouden; zo missen we het uitstekend opgelegd pianoconcerto van Raymond Chevreuille (1952), waarvan het eerste deel niet werd gespeeld, of de sonate voor piano van Barber waarvan John Browning (die later als eerste het Concerto van dezelfde componist brengt) dat jaar slechts een stukje speelt. Wel wilden we een relevante weergave brengen van de opgelegde concerto’s omdat ze, historisch gezien, zo intiem verbonden zijn met het concours. Tot slot wil het repertorium voor piano solo en kamermuziek meer dan symbolisch zijn, gezien het toenemend belang ervan in de organisatie van de "Koningin Elisabeth".

Wat de laureaten betreft, leek het ons, na lang overleg, het meest correct en rechtvaardig om zonder uitzondering alle eerste prijzen op te nemen: dit is niet meer dan de getrouwe weergave van het concours, het is de weerspiegeling van de krachtlijnen die de jury bij haar beoordeling hanteerde, het is de weergave van de karakteristieken van een tijdvak. Leonid Kogan - die hier wonderwel naar voor komt - opent de serie enkel met de cadens van het concerto van Paganini: de originele platen gingen verloren en de beschikbare magneetband bleek onbruikbaar. Gelukkig werd dit uittreksel later uitgegeven zodat we het, tot grote blijdschap van de vioolliefhebbers, ook hier ten uitzonderlijke titel kunnen meegeven. Naast de eerste prijzen hebben we een (aartsmoeilijke!) selectie doorgevoerd van enkele hoogtepunten, gebracht door de laureaten die een 2de tot 6de plaats behaalden; een bijzonder eerbetoon krijgen hierbij enkele van de meest memorabele Belgische laureaten. Tot slot, bij wijze van voorbeeld, een van de bijzonder aanlokkelijke getuigenissen van wat minder gelukkig geplaatste laureaten ten beste gaven: de jonge pianiste Mitsuko Uchida die in 1968 als 10de uitkwam, ook al bewijst haar vertolking van het 3de Concerto van Beethoven dan reeds welk immens talent op uitbarsten stond.

Op technisch vlak heeft de zeer wisselende kwaliteit van de dragers ons voor ernstige problemen gesteld. Men zal, naargelang het jaartal, duidelijke verschillen horen, ook al gebeurden de opnames in dezelfde zaal met hetzelfde orkest. We hebben deze verschillen niet excessief willen uitvlakken. Zo kunnen de beschikbare geluidsopnames en kopijen uit 1963 minder goed klinken dan die van 1959, maar dat wordt o.i. ruimschoots gecompenseerd door de artistieke meerwaarde.

CD1 – Viool

Leonid Kogan, USSR (°Dniepropetrovsk 1924,  Moskou 1982 – 1ste Prijs viool 1951)
Niccolò PAGANINI (1782-1840) - Concerto voor viool nr. 1 (Cadenza)
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 23 mei 1951

Berl Senofsky, VSA (°Philadelphia 1925 – 1ste Prijs viool 1955)
Claude DEBUSSY (1862-1918) - Sonate voor viool en piano
met Eugène De Canck, piano
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 26 mei 1955

Julian Sitkovetsky, USSR (°Kiev 1925,   Moskou 1958 – 2de Prijs viool 1955)
Eugène YSAŸE (1858-1931) - Sonate voor viool solo op.27/6
Paleis voor Schone Kunsten, Laureatenconcert, 8 juni 1955

Jaime Laredo, Bolivia (°Cochabamba 1941 – 1ste Prijs viool 1959)
Darius MILHAUD (1892-1974) - Koninklijk Concert voor viool en orkest op.373
met het Nationaal Orkest van België, Franz André
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 28 mei 1959

Charles Castleman, VSA (°Quincy 1941– 5ème Prijs viool 1963)
Léon JONGEN (1884-1969) - Concerto in D voor viool en orkest
met het Nationaal Orkest van België, Franz André
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 23 mei 1963

Totaaltijd CD 1: 65’16

CD 2 – Piano

Leon Fleisher, VSA (°San Francisco 1928 – 1er Prijs piano 1952)
Johannes BRAHMS (1833-1897) - Concerto voor piano nr. 1 op.15
met het Nationaal Orkest van België, Franz André
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 26 mei 1952

Lazar Berman, USSR (°Leningrad 1930 – 5de Prijs piano 1956)
Sergei PROKOFIEV (1891-1953) - Toccata voor piano op.11
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 29 mei 1956

Malcolm Frager, VSA (°St Louis 1935,  Lennox 1991 – 1ste Prijs piano 1960)
Marcel POOT (1901-1988) - Concerto voor piano
met het Nationaal Orkest van België, Franz André
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 25 mei 1960

Totaaltijd CD 2: 74’24

CD 3 – Piano

Vladimir Ashkenazy, USSR (°Gorki 1937 – 1ste Prijs piano 1956)
Franz LISZT (1811-1886) - Concerto voor piano nr. 1
met het Nationaal Orkest van België, Franz André
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 1 mei 1956

Jean-Claude Vanden Eynden, België (°Brussel 1947 – 3de Prijs piano 1964)
Robert SCHUMANN (1810-1856) - Etudes symphoniques
Paleis voor Schone Kunsten, Finales, 25 mei 1964

Evgeny Moguilevsky, USSR (°Odessa 1945 – 1ste Prijs piano 1964)
Sergei RACHMANINOV (1873-1943) - Concerto voor piano nr. 3 op.30
met het Symfonieorkest van de BRT/RTB, Daniel Sternefeld
Paleis voor Schone Kunsten, Galaconcert, 12 juni 1964

Totaaltijd CD 3: 80’37

CD 04 -12>>